Remco Dekker (1966) begint zijn carrière als succesvol patissier in het buitenland, waarna hij in Nederland terecht komt bij grote namen in het speelveld, en met een aantal andere gepassioneerde toppatissiers richt hij het Nederlands Patisserie team op en zetten ze Nederland op de wereldkaart. 

Tijdens zijn werk ontmoet hij zijn toenmalige vrouw, met wie hij zal trouwen en twee kinderen zal krijgen. Samen met zijn toenmalige vrouw zet hij een patisserie op in Breda. De zaak groeit en Remco en zijn gezin verhuizen naar het nabijgelegen Ulvenhout met hun zaak. Daar beginnen scheuren te komen in het huwelijk. Wanneer het tot een daadwerkelijke scheiding komt, wil zijn ex liever niet dat Remco de kinderen te vaak zal hebben. Zij beschuldigt haar man vervolgens van misbruik van de oudste. Alle onderzoeken wijzen uit dat er geen enkel bewijs is, maar het kwaad is al geschied. Het gezin glijdt af in faillissementen en jeugdzorg. Remco loopt hierbij steeds tegen een muur van bureaucratie en tegenwerking aan, en wordt uiteindelijk als ouder verstoten door zijn kinderen. Remco strijdt jarenlang voor zijn rechten en om de valse beschuldigingen van tafel te krijgen. Hij reconstrueert langzaam het hele verhaal, met behulp van vrienden en deskundigen.

Tijdens een maandenlange wandeltocht langs de GR10, dwars door Frankrijk, kijkt hij terug op de bewogen jaren. Zijn kinderen heeft hij al ruim zeven jaar niet meer gezien.

Ouderverstoting is een vorm van kindermishandeling en met dit boek wil Remco graag aandacht vragen voor dit verschijnsel.

Dit is zijn verhaal.